Nieuwe perspectieven op kwaliteit en kwaliteitszorg in het onderwijs
“Ik ben zo langzamerhand meer tijd kwijt aan verantwoording dan aan onderwijs”, verzuchtte onlangs een mbo-docent, toen we een gesprek voerden over de kwaliteit van zijn opleiding. Docenten, bestuurders en managers: allemaal stellen ze zich de vraag of de balans tussen onderwijs verzorgen en het toezicht daarop, tussen kwaliteit realiseren en kwaliteit verantwoorden intern of extern, niet te zeer is doorgeslagen.
De discussie over deze balans wordt momenteel volop gevoerd. Enerzijds door de groeiende administratieve lasten van extern en intern toezicht. Anderzijds door incidenten rond de kwaliteit van opleidingen; opleidingen die kennelijk onder de radar van elke vorm van toezicht zijn gebleven.
Kwaliteitszorg in het onderwijs: op de rails of ontspoord?
De vraag – hoe kunnen we kwaliteit waarborgen zonder te verzanden in intern en extern toezicht?- vormt het kernthema van de komende Hobéon Special. Dit maal met de titel: ‘Kwaliteitszorg in het onderwijs: op de rails of ontspoord ? Hierin laten vele opinion leaders in het beroepsonderwijs en hoger onderwijs, inclusief minister Bussemaker, hun licht schijnen over deze vraag. Ook is een artikel opgenomen met onze visie; er zijn veel perspectieven om de onderwijskwaliteit én de kwaliteitszorg te verbeteren. Perspectieven die niet gepaard gaan met navenant grotere administratieve lasten; integendeel zelfs.
Een voorbeeld:
Enkele weken geleden stonden we met een panel van vijf auditoren aan de vooravond van een evaluatie van een opleiding. De basisdocumenten waren op orde maar……..op basis van de zelfevaluatie had ieder panellid de indruk dat de opleiding geen slagkracht, visie, samenhang en ambitie had om kwaliteit te leveren. Echter tijdens de audit bleek niets minder waar! De opleiding bestond uit goede, geïnspireerde docenten, uit een management met een stevige visie en ambitie, ga zo maar door. De zelfevaluatie was echter zozeer afgevlakt en gepolijst tot plichtmatige brochureteksten dat elke authenticiteit eruit verdwenen was.
Dit voorbeeld staat niet op zichzelf. We maken het met regelmaat van de klok mee: bij externe of interne doorlichtingen van instellingen, opleidingen, kenniscentra en lectoraten. Te weinig toegevoegde waarde van de zelfevaluaties die ten koste van heel veel tijd en energie zijn gemaakt.
Laat zien wat je al hebt, maar vooral wat je doet
Het kan ook anders. Als je kwaliteit levert en in control bent, heb je geen papieren zelfevaluatie nodig om dat aan te tonen als voorbereiding op een audit. Je hebt je basisdocumenten, zoals – bij opleidingen – een studiegids, de onderwijs- en examenregeling, competentiekaarten, toetsmatrijs, toetsen en eindwerken, plannen en verslagen van een examencommissie, werkveldcommissie en dergelijke. Die lever je aan.
Daarbij voeg je je sterke punten en verbeterpunten, direct ontleend uit je kwaliteitszorgsysteem en niet als schoonschrijfoefening in een zelfevaluatie. Een SWOT-analyse echter is wel dienstig. Als je kwaliteitssysteem op orde is, kun je daaruit zonder veel moeite je sterke punten en verbeterpunten produceren, inclusief de status van verbetertrajecten. Voor zover er nog een document speciaal voor de audit geproduceerd moet worden, is dat een notitie met achtergrondinformatie over aard en status van onderleggers. Een korte eerste audit is gericht op verduidelijking van de informatie in het dossier en kan leiden tot het vaststellen van specifieke thema’s, trails, tijdens de daadwerkelijke beoordelende audit. In die audit staat authenticiteit centraal: gespreksronden, aangevuld met lesbezoeken en presentaties die zicht bieden op de werkvloer.
Ziedaar een opzet die veel winst biedt in termen van authenticiteit. Onze ervaring tot dusver met elementen van deze aanpak is dat de informatiewaarde omhoog gaat en vooral dat de docenten zich gekend voelen in hun professionaliteit. En de tijd en de energie die je er nog in moet steken, heeft primair betrekking op je eigen kwaliteitszorg die ook na de audit waarde behoudt, en niet op een zelfevaluatie die gemakkelijk in de boekenkast verdwijnt (wellicht tot een volgende audit zich aandient…).
Het kan nog praktischer
In een nog verdergaande variant – wellicht vooral geschikt voor interne audits – is een audit niet eens nodig. Eén of twee auditoren lopen dan enkele dagen mee op de werkvloer. Ze bestuderen vanzelfsprekend de basisdocumenten, maar bezoeken ook lessen, bijeenkomsten van werkgroepen, vergaderingen van commissies en spreken tussendoor met studenten en medewerkers op de werkvloer. Na afloop presenteren de auditoren hun bevindingen en leggen die vast in een korte rapportage. De voorbereiding door de instelling is in deze variant zeer beperkt.
Dit is slechts één van de nieuwe perspectieven op kwaliteit en kwaliteitszorg in het onderwijs. Het is inspirerend én dringend noodzakelijk om die nieuwe perspectieven de komende jaren te realiseren.
Met de komende Special beogen we daar een bescheiden bijdrage aan te leveren.
Medio januari 2014 kunt u de Hobeon Spceial: Kwaliteitszorg in het onderwijs: op de rails of ontspoord? downloaden op deze website.
Wilt u de Hobéon Special liever per post ontvangen? Dat kan.
Vul uw adresgegevens in en wij sturen de Hobéon Special kosteloos naar u toe.
Mocht u naar aanleiding van dit weblog nog vragen of opmerkingen hebben, dan kunt u contact opnemen met Fred de Bruijn, senior adviseur en partner bij Hobéon, telefonisch (070) 30 66 800 of per mail f.debruijn@hobeon.nl.