Nieuw EVC Convenant: doorstart of eindspel?
Gisteren ondertekenden overheid en Stichting van de Arbeid het nieuwe EVC Convenant. Voluit: Convenant ter stimulering van het arbeidsmarktinstrument evc als onderdeel van een leven lang leren. De timing was betekenisvol: het oude convenant bestond sinds 2006. EVC heeft zich sindsdien fors ontwikkeld aan zowel de vraagzijde als de aanbodzijde. Tijd om te balansen en op basis daarvan een aangescherpte doorstart te maken met een nieuw Convenant. Zou je zeggen.
Er valt inderdaad veel te balansen. EVC is voor het individu inderdaad een waardevol instrument gebleken om diens competenties in kaart te brengen. Positief dus. Er ontwikkelt zich inmiddels een groep van professionele assessmentcentra die er in slaagt om EVC-procedures met de vereiste kwaliteit uit te voeren. Ook positief dus. Maar er zijn ook veel zaken die grote aandacht vragen de komende jaren, om daadwerkelijk een goede doorstart te kunnen maken. We noemen er twee: het bereik van EVC en de kwaliteit ervan.
Het aantal EVC-procedures bedraagt nu 17.000 per jaar en lijkt eerder te dalen dan te stijgen. En dat in een arbeidsmarkt waarin op alle niveaus, voor werkzoekenden en werkenden er toch alleszins behoefte zou moeten bestaan aan een ontwikkelingsgericht instrument à la EVC. Niet alleen met landelijke onderwijsstandaarden van mbo of hbo als meetlat, maar op het veel bredere HRM-spectrum. Op branche- en bedrijfsspecifieke standaarden, in de vorm van employabilityscans en vele andere vormen van assessment, passend bij het doel en de vraag van de kandidaat. Afgezien van de ontwikkeling naar landelijke branchestandaarden bevindt dat terrein zich buiten ieders aandacht, zo lijkt het. Een terrein dat overigens waarschijnlijk vele malen groter is dan het huidige bereik.
De kwaliteit van EVC-procedures is zoals gezegd bij een aantal aanbieders prima op orde. Bij andere is dat helaas nog niet het geval. Dit heeft vooral betrekking op de kwaliteit van de ervaringscertificaten; de rapportages waarin wordt vastgesteld en onderbouwd over welke competenties een kandidaat beschikt. Er gaan nog veel ondeugdelijke ervaringscertificaten door het land, wat in de eerste plaats zorgelijk is vanuit het perspectief van de kandidaat, maar ook schadelijk voor de acceptatie van EVC. Een belangrijke oorzaak hiervoor lijkt het wettelijke regime dat aanbieders met onvoldoende kwaliteit ettelijke jaren hersteltermijn biedt.
Beide ontwikkelingen – te laag bereik van assessments en onvoldoende scherpe kwaliteitsborging – zijn reden voor zorg en actie. In het Convenant klinkt echter geen visie daarop door. Daarom neemt Hobéon zelf het initiatief met een eigen aanpak voor verdere ontwikkeling en kwaliteitsborging. Niet in plaats van EVC, maar als aanvulling. Zodat we straks werkelijk van een doorstart kunnen spreken.
Benieuwd naar onze aanpak?
Wil u informatie over ons initiatief om de kwaliteitsborging van EVC te ontwikkelen, neemt u dan contact op met Fred de Bruijn via f.debruijn@hobeon.nl of telefonisch via (070) 30 66 800.