Van onderzoeksscriptie naar beroepsproduct - Trends in afstuderen
Enkele jaren geleden kwam de nadruk in het hbo sterk te liggen op onderzoek. Studenten moesten als eindwerk vaak een scriptie schrijven, waaraan gedegen onderzoek ten grondslag lag. Nogal eens gebeurde het dat onderzoek in een opleiding apart werd gepositioneerd als een uit te voeren ‘kunstje’ volgens afgesproken regels. Die situatie komt tegenwoordig nog maar sporadisch voor. Tijdens de vele opleidingsbeoordelingen die wij mogen organiseren, zien we nieuwe trends ontstaan waar het het afstuderen betreft.
Enkele jaren geleden kwam de nadruk in het hbo sterk te liggen op onderzoek. Studenten moesten als eindwerk vaak een scriptie schrijven, waaraan gedegen onderzoek ten grondslag lag. Nogal eens gebeurde het dat onderzoek in een opleiding apart werd gepositioneerd als een uit te voeren ‘kunstje’ volgens een standaard format. Die situatie komt tegenwoordig nog maar sporadisch voor. Tijdens de vele opleidingsbeoordelingen die wij mogen organiseren, zien we nieuwe trends ontstaan.
Trend 1: Afstuderen begint op dag 1
We zien steeds vaker dat onderzoek op natuurlijke wijze is geïntegreerd in het onderwijs, in projecten. Het stimuleren en aanleren van een onderzoekende houding en onderzoekend vermogen start al op de eerste dag van de studie om vervolgens in complexiteit, samenhang en diepgang toe te nemen tot de ‘meesterproef’ aan het einde van de studie.
Trend 2: Onderzoek t.b.v. beroepsproduct
De laatste jaren zien we ook steeds vaker dat de student een beroepsproduct moet maken dat meer overeenkomt met het type werk of het type product dat hij, eenmaal aan het werk in de betreffende beroepspraktijk, ook moet opleveren. Als je in je toekomstige beroep bijvoorbeeld vooral bezig bent met het ontwerpen van producten, dan is het niet logisch om af te studeren op een 30 EC-tellende onderzoeksscriptie. Veel passender is het in zo’n situatie onderzoek ter ondersteuning te gebruiken om tot een goed onderbouwd ontwerp of advies te komen. We zien steeds meer opleidingen die deze natuurlijke verbinding tussen onderzoek en toepassing in de beroepspraktijk weten te realiseren. Natuurlijk blijft de opleiding een eigen verantwoordelijkheid houden om te zorgen dat de student de (landelijk) overeengekomen eindkwalificaties ook daadwerkelijk realiseert, hetgeen veelal betekent dat er behalve het beroepsproduct toch ook een goede reflectie op het proces en een stevige (methodologische) onderbouwing wordt gegeven van de in de afstudeerperiode door de student gemaakte keuzes.
We zien steeds meer opleidingen die een natuurlijke verbinding weten te realiseren tussen onderzoek in de opleiding en toepassing in de beroepspraktijk.
Trend 3 - Individueel afstuderen
Meer dan eens wordt de afstudeerfase door studenten als lastig, zwaar en ingewikkeld ervaren. Het afstuderen bestaat doorgaans uit een aanzienlijk aantal EC’s en moet veelal individueel worden uitgevoerd. Af en toe horen we nog wel eens van studenten dat de afstudeerfase het eerste moment in de studie is waarop zij in hun eentje een project tot een goed einde moeten brengen. Die ‘valkuil’ zou voorkomen kunnen worden, door studenten al in een eerder stadium een soortgelijke opdracht – iets minder complex van aard en met wat meer begeleiding – individueel te laten uitvoeren. Overigens vernemen we de laatste tijd uit veel werkvelden de opmerking dat het zelden voorkomt dat een beginnend beroepsoefenaar niet in teamverband opereert. Het is hiertoe mogelijk om studenten samen op te laten trekken in afstudeerkringen en/of gebruik te maken van peer-review. Dit kan tevens het tempo van het afstuderen versnellen.
Trend 4: Mix van producten
Wat we tevens steeds meer zien, is een afstudeerperiode waarin de student verschillende producten, tevens variërend in vorm (bv. schriftelijk, mondeling) oplevert, die in samenhang de totale eindkwalificaties afdekken. Voordeel hiervan is dat de weging van de onderdelen verspreid wordt in plaats van wordt toegekend aan één product. Deze werkwijze laat de verschillen in talenten van studenten beter tot hun recht komen.
Trend 5: Een succesvol vervolg
We zien dat opleidingen de balans zoeken tussen de eigen verantwoordelijkheid voor de borging van het Associate degree-, bachelor- of masterniveau en de externe verantwoording. Dat laatste vindt steeds meer plaats in samenspraak met het werkveld om zo tot een succesvol vervolg voor de afzwaaiende student in het werkveld te komen.
Om tot een succesvol vervolg van hun carrière te komen, krijgen studenten tijdens de afstudeerzitting steeds vaker een ‘agenda’ mee voor hun verdere ontwikkeling na het afstuderen. Er komt meer en meer aandacht voor feedforward, naast feedback. Een mooie ontwikkeling.
Meer trends? Verder praten?
Ziet u nog meer trends, heeft u interesse om door te spreken over ontwikkelingen binnen het afstuderen of wilt u Hobéon eens een aantal van uw eindproducten voorleggen? Neemt u dan contact op met Inge Gies Broesterhuizen, adviseur bij Hobéon, via i.giesbroesterhuizen@hobeon.nl of tel. (070) 30 66 800.