Intrekking aanwijzing examinatoren
Volgens de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) moeten examencommissies examinatoren aanwijzen. Deze examinatoren zijn belast met het afnemen van tentamens en het vaststellen van de uitslag daarvan. De aanwijzing van examinatoren roept veel vragen op, zo merken wij in onze adviespraktijk. In deze bijdrage gaan wij aan de hand van een rechterlijke uitspraak in op één van deze vragen; mag een aanwijzing ook worden ingetrokken?
Aanwijzing examinatoren
In het hoger onderwijs worden voor het afnemen van tentamens en het vaststellen van de uitslag daarvan examinatoren aangewezen door de examencommissie. De aangewezen examinatoren hebben een informatieplicht, zij verstrekken de examencommissie de gevraagde inlichtingen aldus artikel 7.12c WHW.
In de praktijk roept de aanwijzing van examinatoren nog veel vragen op. Hoewel veel examencommissies wel examinatoren aanwijzen, worstelt men vaak nog met de vraag hoe dit op een efficiënte wijze in te richten. Ook krijgen we regelmatig vragen over wie nu precies wel, of juist niet, aangewezen zouden moeten worden als examinator. Kortom, vragen over (te stellen) deskundigheidseisen.
Onze ervaring is dat nog te weinig examencommissies de aanwijzing van examinatoren zien of gebruiken als een belangrijk instrument/middel om de kwaliteit van tentamens en examens te borgen. De aanwijzing wordt nog vaak gezien als een bijkomende administratieve verplichting.
Ook intrekking mogelijk?
Een tijdens trainingen door examencommissie leden veel aan mij gestelde vraag is in hoeverre je als examencommissie een verleende aanwijzing aan een examinator weer kunt intrekken. Bijvoorbeeld omdat bij onderzoek gebleken is dat de examinator gegeven richtlijnen en aanwijzingen niet heeft gevolgd of aantoonbaar steken heeft laten vallen bij de beoordeling van tentamens.
Casus
In 2013 heeft de sector Bestuursrecht van de Rechtbank Amsterdam een uitspraak gedaan in een geschil (pdf) tussen een examinator enerzijds en de examencommissie van de Erasmus School of History, Culture and Communication van de Erasmus Universiteit anderzijds.
Uit de uitspraak kan worden opgemaakt dat gedurende de visitatie van de opleiding duidelijk is geworden dat de betreffende examinator kennelijk op eigen initiatief gastdocenten als examinator had laten optreden en geen complete set eindtentamens kon aanleveren. Dit gegeven in combinatie met eerder geconstateerde ‘onregelmatigheden’ in zijn toetsingspraktijk waren voor de examencommissie aanleiding een aantal maatregelen op te leggen. Deze maatregelen betroffen onder andere het ter goedkeuring voorleggen van tentamens, het werken met een tweede lezer bij beoordeling eindwerstukken en een verbod om externe examinatoren in te schakelen.
Uiteindelijk is na onderzoek door de examencommissie vastgesteld dat de examinator niet voldeed aan de opgelegde maatregelen. De examencommissie heeft besloten de ‘tentamenbevoegdheid’ van de examinator voor de resterende duur van het kalenderjaar (i.c. 9 maanden) op te schorten. Tegen dit besluit heeft de examinator bezwaar aangetekend en een voorlopige voorziening ingesteld.
Juridische vraag en oordeel rechter
In deze zaak moest de rechter beoordelen in hoeverre de examencommissie daadwerkelijk bevoegd was om de ‘tentamenbevoegdheid’ van de examinator op te schorten. De voorzieningenrechter is over deze vraag heel helder:
“dat verweerder (de examencommissie, fh), nu hij bevoegd is tot het verlenen van de zogenaamde tentamenbevoegdheid, hij eveneens bevoegd is tot het intrekken of opschorten van die bevoegdheid.”
De rechter laat er dus geen twijfel over bestaan dat een examencommissie in voorkomende gevallen ook bevoegd is tot het intrekken of opschorten van een aanwijzing. Aan de motivering van het besluit en het totstandkomingsproces worden echter, mede gelet op de grote belangen die voor de betreffende examinator in het geding kunnen zijn, wel hoge eisen gesteld. In onderhavige casus leidde toetsing door de rechter tot de vaststelling dat het besluit tot opschorting van de tentamenbevoegdheid niet op zorgvuldige wijze was genomen.
Vragen of opmerkingen?
Heeft u vragen over de aanwijzing van examinatoren of over de intrekking of opschorting van een verleende aanwijzing? Of wilt u mee weten over onze (juridische) dienstverlening met betrekking tot examencommissies? Neemt u dan contact op met mr. Frank Hendriks, senior adviseur, via (070) 30 66 800 of mail met f.hendriks@hobeon.nl.